Inleiding
Wat mag het kosten is opgebouwd in 2 delen:
- Opbouw en verloop lasten
- Raming baten en lasten
‘Wat mag het kosten’ is nu samengevat in 1 tabel. Provinciale Staten hebben budgetrecht op het niveau beleidsdoel. Daarom zijn de toelichtingen ook geschreven op de bijstellingen per beleidsdoel, binnen een ambitie. De mutaties op beleidsprestaties zijn daarnaast ter informatie vermeld.
Opbouw en verloop lasten
Onderstaande grafiek geeft weer hoe de lasten van de ambitie zijn opgebouwd.
- Arbeidskosten: betreft de loonkostenformatie zoals opgenomen onder A in de paragraaf Arbeidskosten
- Kapitaallasten: betreft de kapitaallasten als gevolg van een investering
- Reserves: het saldo van de toevoegingen en onttrekkingen vanuit reserves
- Overige lasten: betreft de lasten niet zijnde de eerste 3
Raming baten en lasten
(bedragen x € 1.000) | Begroting 2022 t/m VJN 2022 | Bijstellingen NJN 2022 | Gewijzigde Begroting 2022 | Raming | Raming | Raming | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Lasten | |||||||
Beleidsdoel 3-1 Schone en duurzame elektriciteitsvoorziening | |||||||
3-1-1 Duurzame en ruimtelijk passende elektriciteitsvoorziening | 5.061 | 869 | 5.931 | 7.750 | 4.290 | 4.288 | |
3-1-2 Samenwerken en bevorderen draagvlak in de energietransitie | 1.680 | 3 | 1.683 | 1.436 | 296 | 295 | |
Totaal beleidsdoel 3-1 | 6.742 | 872 | 7.614 | 9.186 | 4.586 | 4.583 | |
Beleidsdoel 3-2 Verduurzaming gebouwde omgeving | |||||||
3-2-1 Faciliteren van gemeenten bij besparen en overschakelen op schone energie | 1.622 | 0 | 1.622 | 1.391 | 100 | 100 | |
3-2-2 Bevorderen duurzame verwarmingsvoorziening | 13.902 | 19.902 | 33.803 | 12.156 | 26.262 | 262 | |
Totaal beleidsdoel 3-2 | 15.523 | 19.902 | 35.425 | 13.547 | 26.362 | 362 | |
Beleidsdoel 3-3 Duurzaam energie-en grondstoffensysteem in de industrie | |||||||
3-3-1 Verhogen energie effieciëntie en mede ontwikkelen energie infrastructuur | 3.186 | -1.230 | 1.956 | 4.290 | 1.000 | 100 | |
3-3-2 Vernieuwen en innoveren van het energie- en grondstoffen (eco-)systeem | 1.690 | 453 | 2.143 | 1.396 | 357 | 356 | |
Totaal beleidsdoel 3-3 | 4.876 | -777 | 4.099 | 5.686 | 1.357 | 456 | |
Totaal Lasten | 27.141 | 19.997 | 47.138 | 28.420 | 32.305 | 5.401 | |
Baten | |||||||
Beleidsdoel 3-1 Schone en duurzame elektriciteitsvoorziening | |||||||
3-1-1 Duurzame en ruimtelijk passende elektriciteitsvoorziening | 24 | 402 | 426 | 0 | 0 | 0 | |
Totaal beleidsdoel 3-1 | 24 | 402 | 426 | 0 | 0 | 0 | |
Beleidsdoel 3-2 Verduurzaming gebouwde omgeving | |||||||
3-2-1 Faciliteren van gemeenten bij besparen en overschakelen op schone energie | 962 | 0 | 962 | 731 | 0 | 0 | |
3-2-2 Bevorderen duurzame verwarmingsvoorziening | 1.799 | 62 | 1.861 | 1.299 | 0 | 0 | |
Totaal beleidsdoel 3-2 | 2.761 | 62 | 2.823 | 2.030 | 0 | 0 | |
Totaal Baten | 2.785 | 464 | 3.249 | 2.030 | 0 | 0 | |
Saldo lasten en baten Ambitie 3 | 24.357 | 19.533 | 43.890 | 26.389 | 32.305 | 5.401 |
Toelichting mutaties
Toelichting Lasten
Beleidsdoel 3.1 Schone en duurzame elektriciteitsvoorziening
Subsidieregeling Zonnig Zuid-Holland € 0,5 mln |
---|
Het beklemde bedrag voor de subsidieregeling Zonnig Zuid-Holland uit het jaar 2021 bedraagt € 1,5 mln. De belangstelling voor het plaatsen van zonnepanelen is fors toegenomen met de stijgende energieprijzen. Voorgesteld wordt € 0,5 mln van het beklemde bedrag in 2022 te benutten. Dit wordt toegevoegd aan het beschikbare bedrag van € 0,5 mln voor het lopende jaar. Het totale budget voor 2022 wordt daarmee € 1 mln. |
Elektriciteit |
---|
In de Jaarrekening 2021 is een beklemming van € 0,1 mln voor het Inrichtingsbudget van windpark Spui nog niet opgenomen in de begroting bij voorjaarsnota. Deze bijdrage aan het Inrichtingsbudget van windpark Spui is een afspraak uit de anterieure overeenkomst met de exploitant Klein Piershil BV. Het Inrichtingsplan is najaar 2022 gereed en dan zal de exploitant een aanvraag voor subsidie doen. Deze zal in 2023 beschikt en uitgegeven worden. We stellen daarom voor het bedrag nu op te nemen in de Begroting 2023. Dekking ten laste van het begrotingssaldo. |
Personele inzet voor de gehele Ambitie € 0,4 mln |
---|
Door het Rijk zijn middels een decentralisatie uitkering middelen beschikbaar gesteld om personele inzet voor deze opgave een structurele basis te geven. In 2022 betreft het € 958.230. Hiervan was al € 0,6 mln opgenomen bij Voorjaarsnota 2022 middels voorfinanciering. Nu het definitieve bedrag voor 2022 bekend is, wordt het resterende deel toegevoegd. Dekking ten laste van DU uitvoeringskosten Klimaatakkoord. |
Beleidsdoel 3.2 Verduurzaming gebouwde omgeving
Duurzame wijkwarmte Elena € -0,5 mln |
---|
Rekening houdend met uitstaande verplichtingen wordt het kasritme bijgesteld: € 0,5 mln van het beschikbare budget wordt niet in 2022 besteed en doorgeschoven naar 2023. Dekking uit de Europese subsidie, zie ook de toelichting bij de baten. |
WBR € 20,3 mln en Warmteleiding Warmtelinq |
---|
Conform besluitvorming van PS op15 juni 2022 zijn er een aantal aanpassingen in het kasritme van de onttrekkingen uit de reserve WarmtelinQ ten behoeve van het mogelijk maken van de ontwikkeling en realisatie van de WLQ+ inclusief de verkoop van WbR en afwikkeling van de verplichtingen en risico’s inzake WbR. Een bedrag van € 20,3 mln is bestemd voor de afwikkeling van de kosten en risico's behorend bij de verkoop van WbR. Daarnaast is er een verschuiving in het kasritme als gevolg van het PS-besluit. Bij Jaarrekening 2021 was het verloop van de toekomstige onttrekkingen als volgt geraamd: 2022: € 10 mln, 2023: € 10,7 mln, 2024: € 22,5 mln en in 2025: € 35 mln. Dit kasritme moet worden aangepast naar 2022: € 10 mln, 2023: € 10 mln. 2024: € 26 mln en 2026: € 35 mln. Dekking ten laste van de reserve Warmteleiding Warmtelinq. |
Inhuur expertise afwikkeling WBR € 0,2 mln |
---|
Voor inhuur van externe specialistische expertise zijn extra middelen nodig. Hiervoor wordt € 0,2 mln van het budget van 2023 naar 2022 overgeheveld. Dekking ten laste van het begrotingssaldo. |
Beleidsdoel 3.3 Duurzaam energie- en grondstoffensysteem in de industrie
Subsidieregeling Energie infrastructuur € -0,6 mln |
---|
In 2022 en 2023 worden een aantal beschikkingen verwacht. De uitvoering van deze projecten (en daarmee ook de lastneming) vindt grotendeels plaats in 2023. Hierdoor schuift een deel van het budget (€ 0,6 mln) door van 2022 naar 2023). Dekking ten laste van het begrotingssaldo. |
Walstroom € -0,6 mln |
---|
Betreft begrotingssubsidie van € 0,7 mln uit de Begroting 2022. Het project zal in 2022 worden beschikt, maar uitvoering (en dus ook lastneming) zal grotendeels plaatsvinden in 2023 en 2024. Er wordt € 0,5 mln doorgeschoven naar 2023 en € 0,1 mln naar 2024. Dekking ten laste van het begrotingssaldo. |
Subsidie E&K en Kabel campus € 0,5 mln |
---|
Betreft beklemming uit de Jaarrekening 2021 van € 0,5 mln voor energie innovatie. Deze middelen zullen in 2022 worden ingezet voor een tweetal begrotingssubsidies, namelijk voor de aanleg van een elektriciteitskabel voor het field lab Campus@sea en voor het Energie & Klimaatprogramma. Dekking ten laste van het begrotingssaldo. |
Toelichting baten
Beleidsdoel 3.1 Schone en duurzame elektriciteitsvoorziening
Houdstermaatschappij Zuid Holland € 0,4 mln |
---|
Op basis van de vastgestelde jaarrekening 2021 van HZH is de intrinsieke waarde van de provinciale aandelen veranderd. Hierdoor moet de voorziening voor de verbonden partij worden aangepast: Was € 7 mln en moet worden € 6.6 mln, derhalve een vrijval ten gunste van begrotingssaldo van € 0,4 mln. |
Beleidsdoel 3.2 Verduurzaming gebouwde omgeving
Duurzame wijkwarmte Elena € -0,5 mln |
---|
Rekening houdend met uitstaande verplichtingen wordt het kasritme bijgesteld: € 0,5 mln van het beschikbare budget wordt niet besteed in 2022 en doorgeschoven naar 2023. Dekking uit de Europese subsidie, zie ook de toelichting bij de lasten. |
Warmteleiding Warmtelinq € 0,6 mln |
---|
De provincie ontvangt baten ad € 0,6 mln van derden welke worden gestort in de reserve Warmteleiding Warmtelinq en worden ingezet voor ontwikkeling en realisatie van de WLQ+. Daarnaast heeft de gemeente Rotterdam op 14 oktober 2021 besloten om niet over te gaan tot deelname aan de WLQ+. Hierdoor komen de eerder geraamde baten van € 15,3 mln in 2023 te vervallen. |